Ik hoop dat je een fijne zomer hebt gehad!
De vakantieperiode heb ik ervaren als een lange weldadige pauze, waarin ik genoot van de rust van agendaloosheid, mee ging met hoe de wind waaide en de regen viel, maar ook ging voelen wat ik tot dan toe had uitgesteld om te voelen.
Zo zijn zaken duidelijker geworden – ach nee, niet ‘zaken’, want die zijn wat ze zijn, maar mijn waarneming ervan is verruimd, veranderd, verdiept. Mmmmmmm, hoewel de belevenissen niet altijd prettig of gemakkelijk waren: zo had ik een goede vakantie!
Als je de toeristenfolders ziet, dan moet vakantie bijzonder zijn en daarbij gaat het om ervaringen: om spanning en het nieuwe, om geneugten van de zintuigen en om uitrusten.
Wat wil je eigenlijk? En wat zou het je geven als je dit of dat -het begeerde- hàd? Het antwoord is meestal samen te vatten in: gelukkig zijn.
Aangenomen dat de basis voor overleven veilig is gesteld, zou ik ‘gelukkig zijn’ willen duiden als: samenvallen met jezelf. Dit is vrij zijn van innerlijk conflict, je interactie met de wereld, met anderen als inspirerend, prettig prikkelend, ervaren en dit alles met respect voor wat je ontmoet.
Er is eigenlijk niets gewoner dan samenvallen met jezelf: eenvoudig, dichtbij, vanzelfsprekend.
Bij welk ‘zelf’ ben je, als je bij ‘jezelf’ bent? We hebben meerdere zelven, afhankelijk van rol, stemming, gezelschap en in welke spiegel we kijken.
Sommige zelven ruimen als je vakantie hebt meteen het veld, andere blijven aan je kleven en weer andere komen sterker naar voren. Sommige verantwoordelijkheden bestaan ook tijdens je vakantie en andere zijn helemaal zalig weg.
Vakantie: dit woord is afgeleid van het woord ‘vacant’ dat ‘leeg’ betekent.
‘Leeg’ verwijst meestal naar zonder afspraken, verplichtingen en dagelijkse tijd- en ruimte-gebonden routines zijn. We willen er eens helemaal uit en goed genieten: de zinnen verzetten en ándere belevenissen hebben. Zo vult de ‘leegte’ van vakantie zich op met avontuur, ontdekkingen, ontmoetingen, verrassingen.
Leegte ervaren… zoals het dagelijks leven is georganiseerd lijkt het weinig pauzes toe te staan: dat je -ja, ook al zijn haast, voortgang en drukte aan de orde van de dag- even stopt, dat je niet reageert en je gewaar bent van rust, stilte, niets…
Hoe is het met ‘leegte’, het oningevulde, ongeplande, onbedoelde, in de vakantie?
Als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg.
Niets doen, bij jezelf zijn: hoe zalig kan het zijn!
Marie-Christine